Als.40er het leger weer in Alcântara

Discussiegroep

Beste mensen,

Ik ben al een tijdje bezig met een onderzoek naar de broer van anton mussert en zijn rol in de verdediging van Dordrecht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Heeft iemand informatie hierover? Het enige wat ik vinden kan is een hoofdstuk uit Opmars van Rotterdam (deel 3) en Dordt Open Stad.

» Dit bericht is geplaatst op 4 september

rene

Totaal berichten: 19

Eline,

Als je in de discussie van mevrouw Winkelmann ontmoetvan ROBL bladers lees je al erg veel over de rol van Overste Mussert.

Succes

» Deze reactie is geplaatst op 4 september

Dat U met juist dit onderzoek bezig bent zou wel eens geen toeval kunnen wezen. Tot de mij bekende literatuur over Dordrecht in behoort namelijk ook " Dordrecht open stad " ( ) van J vd Vorm (familie? ).Wat betreft andere literatuur/artikelen:
Veel informatie over de rol van Mussert in de meidagen geeft inderdaad de trilogie van Brongers " Opmars naar Rotterdam ".
Verder zou U kunnen kijken bij Jan Meyers " Mussert, een politiek leven " ( , Arbeiderspers ). Hier is weliswaar Anton Mussert de hoofdfiguur, maar zijn broer Jo ( de overste ) komt ook vrij geregeld ter sprake, al gaat het daarbij niet steeds specifiek over de meidagen.
In deel 3 van De Jong's" Koninkrijk der Nederlanden in de 2e Wereldoorlog " staat ook het een en ander, met name op blz.
Ook het rapport van de Enquetecommissie inzake het militair beleid gee

De burger-strateeg
De strategische wetenschap van niet-militairen
Henry M.V. Buntinx

Basil H. Liddell Hart staat meestal model als de burgerstrateeg die vóór Wereldoorlog II qua militaire strategie meer bij de pinken was dan de meeste van zijn militaire collega's. Zoiets is niet altijd het geval. De Amerikaanse burgerstrategen van het eind der er jaren hadden er in ruime mate schuld aan dat de US-militairen in het Vietnamese avontuur werden gedreven. Maar goed, hun namen duiken af en toe op in de massamedia: Liddell Hart, Herman Kahn, Thomas Schelling, Bernard Brodie, Michael Howard, Oskar Morgenstern, Raymond Aron, Helmut Schmidt en vele anderen. Het zijn allen burgers die zich full time bezighouden met militair-strategische en militair-politieke problemen. Wat zijn dat voor mensen? Waarom hebben zij niet de militaire professie gekozen? Zijn zij tot de militaire wetenschappen gekomen uit bezorgdheid of uit waardenvrije interesse? Welke zijn hun motiveringen?

Men kan stellen dat elke van deze burgerstrategen zo wat zijn eigen redenen had. Maar aan allen zijn toch een paar dingen gemeen. Vooreerst zien zij het begrip strategie breder dan zoiets meestal het geval was op de militaire Academies. Hun aandacht gaat vooral naar de politieke, economische, historische en militaire aspecten van het machtsevenwicht zoals het in de feiten bestaat. Dat brengt ons tot een tweede kenmerk: de burgerstrateeg staat diametraal tegenover de peace researcher. De

Veltro, dat hij met lede ogen toekeek betekent heel wat anders dan dat hij jaloers in een hoekje zat. Het was een combinatie van jalouzie en bewondering.

Hitler bewonderde Mussolini en diens abmities voor een nieuw Romeins rijk. Mussolini was een oude rot in het vak en wist zijn 'rijk' nog altijd staande te houden. Ik heb ook al aangegeven dat de relaties in de jaren '20 héél anders lagen dan na

Mussolini was echter verschrikkelijk jaloers op 'het kleine mannetje'. Het mannetje dat hij zag als waardevolle bondgenoot in de fascistische strijd zag hij binnen 7 jaar uitgroeien tot de machtichste man van Europa, zijn rijk uitbreidend van de noordwesterlijke hoek van Europa regelrecht richting de Italiaanse grens en alles wat er tussen lag.

Naar de buitenwereld waren de twee dikke vrienden en speelden veel toneel. Het leek bijna op 2 vijanden die gezamelijke interesse hebben in een meisje en zich in haar bijzijn opeens uitsloven: "Na u, waarde vriend!" "nee, mijn beste, u gaat vanzelfsprekend voor!" "Nee nee, ik sta erop dat ú"

Historicus Chester Wilmot schrijft in zijn veelgeprezen boek 'the struggle for europe': (bah, moet ik veel typen )

The two dictators were always at pains to present to the outside world a formidable façade of solidarity, but in reality there was little genuine consultation, less joint planning, and no common policy. However fraternal and grandiloquent the phrases in which they adressed eachother, their relationship was eventually poisoned by mis

“Er zijn ook avonturiers naar toe geweest, dat heb je in elke oorlog. We hadden ook een Hollander die bleek blanke slavinnenhandelaar geweest te zijn, die zat ook bij ons, die heette Kloot. En later is Kloot, hij is gewoon uit Spanje teruggekomen, en die is fascist geworden, is naar Rusland gegaan om te vechten.”

(uit transcript van interview met Oud-Spanjestrijder Jan van Eijk, 11 januari )

Bovenstaande is feitelijk wat bezijden de waarheid maar, zoals in onderstaand levensverhaal zal blijken, klopt het  met de teneur van het leven van Henk Kloot in de 30er en 40er jaren van de vorige eeuw. Er was één constante in de militaire loopbaan van Henk Kloot: hij was hospitaalsoldaat, zowel in het Nederlandse leger, de Internationale Brigades als bij de Waffen-SS….

Henk Kloot was de oudste in een gezin van 15 kinderen. Toen hij eind december als jarige naar Spanje vertrok was zijn jongste broertje twee jaar en zijn jongste zusje ruim een half jaar oud. Henk groeide op in de Nieuwmarktbuurt, toen één van de armste en meest verwaarloosde buurten van Amsterdam. Toen hij zestien was verhuisde het gezin naar een nieuwbouwwoning in Amsterdam-Noord. In oktober ging Henk Kloot in militaire dienst. Als gewetensbezwaarde anti- militaristische  AJC-er kreeg hij het voor elkaar dat hij als hospitaalsoldaat werd ingedeeld bij de geneeskundige troepen. 

(AJC = Arbeidersjeugdcentrale, de jongerenbeweging van de SDAP = Sociaal Democratische Arbeiders Partij, voorloper van de Partij van de

De Officier van Justitie eist voor meneer Bens een verboden gebied voor heel Nederland, behalve voor zijn woonplaats. Ook wil hij meneer binnen die woonplaats voor bepaalde tijden huisarrest opleggen. Want hij is bang voor vluchtgevaar.

Nou, dat is niet gemakkelijk in het systeem in te voeren. Een verboden gebied met een toegestaan gat erin. En daarbinnen weer een plek met tijden waarop hij daar verplicht aanwezig moet zijn. Maar het lukt, met hulp van de mannen van de Backoffice.

Dus meneer Bens mag met enkelband naar buiten, in afwachting van de rechtszitting. Hij wordt ervan verdacht € miljoen te hebben verduisterd. Dat geld is verdwenen van de rekeningen van de Grote Kerk in zijn woonplaats.

Hij was penningmeester van het bestuur, de voorzitter heeft aangifte gedaan.

Meneer Bens komt wat schutterig over. Hij is in de tweede helft van zijn er jaren en lijkt in eerste instantie wat verlegen. Een beetje nerdy type, altijd gekleed in een nette broek en onberispelijk overhemd. Ook altijd stipt op tijd op onze afspraken.

En hij weet betaald werk te vinden binnen zijn beperkingen. Eerst bij een bouwmarkt, later bij een callcenter, waar hij het tot mijn verbazing heel goed blijkt te doen. Als het erop aan komt, is hij dus toch een handige prater. Ik waardeer het dat hij geen uitkering aanvraagt, maar gaat werken voor zijn geld.

Hij vertelt dat hij altijd al een liefhebber was van architectuur, vooral geïnteresseerd  in kerken. De Grote Kerk had